Hier ben ik!

Hij vond het best spannend om op de foto te gaan. Werd er zelfs helemaal druk van. Maar toen hij aan de beurt was ging hij op een fantastische manier gewoon zitten om te poseren. Hier ben ik, zet mij maar op de foto!

Soms kijk je in de spiegel en denk je: “Die fotoshoot word nooit wat!” Of je maakt je al bij voorbaat druk om je kleding, je haar, je houding. Want tjonge, je gaat naar de fotograaf en dan dwarrelen die beelden uit de glossy’s door je hoofd en daar lijk je helemaal niet op! Zal ik je een geheim verklappen? Die zorgen zijn helemaal niet nodig. Zoals Jelle Hermus van SoChicken stelt: die gedachten zijn gewoon scheten! Of in de iets nettere woorden van Eckhart Tolle: gedachten zijn als wolken die voorbij drijven. Om een heleboel redenen. Hier noem ik er twee.

Ten eerste omdat je jezelf vergelijkt met een ideaalbeeld dat niet bestaat. In je geheugen zitten allemaal beelden van mensen die je ooit hebt gezien: mensen die je kent, maar vooral veel filmsterren en fotomodellen en plaatjes bij sprookjes. Waarschijnlijk weet je wel dat alle foto’s in de glossy’s bewerkt zijn. Pukkels en rimpels zijn weggepoetst, benen zijn langer gemaakt, spieren zijn geaccentueerd, haren en pupillen krijgen een kleurtje, tanden worden gebleekt. Die mensen bestaan niet. Jouw ideaalbeeld bestaat niet. Allemaal Photoshop. Ik doe dat ook wel, hoor. Sommige mensen vinden het fijn als er wat dingen worden weggepoetst die ze zelf lelijk vinden. Maar er is een grens: als je te veel bewerkt, dan kijk je naar een fantasieversie van jezelf. En ook dat is prima: dan is het een soort schilderij in plaats van een foto. Sommige mensen vinden dat fijn. Andere mensen willen juist graag hun ruwe kant op de foto. En ook die ruwe kant kun je weer versterken: dan krijg je een héél rauw schilderij van jezelf. Verreweg de meeste mensen kiezen iets er tussenin: een beetje bewerkt, maar niet te veel.

Nog een reden waarom je je geen zorgen hoeft te maken, is omdat het eigenlijk helemaal niets uitmaakt. Of je je nu druk maakt of niet, jij verandert er niet door. Dus kun je net zo goed even diep zuchten, je armen en benen losschudden, het hoofd fier oprichten en gewoon trots zijn op jezelf. Je mag er zijn, ontspan maar! Daar zit je dan, als mens. Ieder mens is uniek, ieder mens is mooi. En jij bent goed zoals je bent.

Natuurlijk is het leuk om mooi op de foto te komen. Daarom geef ik ook tips voor kleding, make-up, poseren en locaties. Maar waar het eigenlijk om gaat ben jij. En nee, het is niet erg als je het tóch spannend vindt, en het is zelfs niet erg als die rare gedachten maar door je hoofd blijven dwarrelen. Als je dat merkt, dan kun je er misschien wel om lachen. Jij bent gewoon zoals je bent, en dat is goed. Ik doe vervolgens mijn best om een mooi portret te maken.

Hier ben ik, zet mij maar op de foto! Prachtig toch?

‘Oh, net een schilderij!’

Wat is dit werk toch genieten. Als natuurfotograaf was ik vooral in stilte bezig, dieren en planten aan het besluipen. Het enige gezelschap om mee te praten was ik zelf. Als iemand per ongeluk in mijn omgeving verdwaalde en alles verstoorde, probeerde ik vriendelijk doch beslist zo dwingend mogelijk te kijken: Wegwezen!

Nu ontvang ik mensen, ga ik bij mensen op bezoek en het is elke keer weer bijzonder. Heel soms mag ik meegenieten van de reacties op de foto’s. `Prachtig! Wat mooi! Net een schilderij!`

Ik word er zo blij van!

Mysterieus zwart – wit

Mijn eerste foto’s waren in zwart – wit. Thuis hadden we een donkere kamer waarin we zelf filmpjes ontwikkelden en foto’s afdrukten. Als kind heb ik daar veel kunnen experimenteren: wat gebeurt er als je een sinaasappelnetje op het fotopapier legt, of een sleutel, en wat als je het papier schuin houdt of bepaalde delen verder doordrukt? Een petroleumstelletje stond te branden met een pannetje water er op, om zo nodig de baden met ontwikkelaar en fixeer op de juiste temperatuur te houden. De chemische geuren en het donker met de dieprode lamp gaven het geheel iets geheimzinnigs: hier werd magie bedreven!

Nog altijd vind ik zwart-wit foto’s bijzonder. Zonder kleur is er alleen contrast, licht en donker. De foto wordt beperkt tot zijn essentie, wat hem indringender maakt, mysterieuzer.

Morgen is het Black Friday, en dat leek me een mooie aanleiding om het zwart-wit portret weer even in het zonnetje te zetten. Lees hier over de – héél korte – Black Friday actie.

Laatste kans Rembrandt-portret

De herfst is van start gegaan. De bomen kleuren, de weiden slaan wit uit van de eerste nachtvorst en de zomervogels zijn naar het zuiden vertrokken. Dat doet me er aan denken: ik zal snel verslag doen van mijn bezoekje aan de kraanvogels die een tussenstop hebben gemaakt in het Franse Lac du Der.

Maar eerst dit. De Rembrandt actie, in het kader van het Rembrandtjaar 2019, loopt morgen af. Wie een aller-allerlaatste kans wil grijpen op een portret met het beroemde Rembrandt licht, moet snel hier klikken! Het is de moeite waard, dat beloof ik!

Rembrandt vandaag

Het is vandaag, 4 oktober, 350 jaar geleden dat Rembrandt van Rijn stierf. Eerder heb ik verteld over het Rembrandt licht en wat dat ook in dit Rembrandtjaar nog betekent in de fotografie. Zijn expressie heeft niets aan actualiteit ingeboet; kijk maar eens hoe je dat Rembrandt licht kunt combineren met een eigentijdse uitstraling!

Wil jij je eigen Rembrandt portret? Of wil je dat iemand cadeau doen? Kijk nog even naar de Rembrandt actie!

In het licht van Rembrandt

Op 4 oktober is het 350 jaar geleden dat Rembrandt stierf. Even rekenen… inderdaad, in het jaar 1669. Mijn eerste gedachte was: ik heb niet zo veel met Rembrandt. Nou ja, behalve dan het Rembrandt-licht, want dat kent iedere portretfotograaf. Dat is wanneer je het licht schuin van voren laat komen, zodat één kant van het gezicht wordt belicht en op de andere kant, de schaduwwang, nog nét een driehoekje van licht is te zien. Door het spel van licht en donker krijgt het gezicht diepte en komt het tot leven.

In mijn geheugen zitten stoffige herinneringen aan musea met zalen vol donkere schilderijen. Oh ja, en een wat scherpere herinnering aan die ene keer toen vader me meenam naar het Rijksmuseum om de Nachtwacht te zien. Er hingen veel gezichten van mensen met van die grote kragen. Ik stond met mijn neus bij één van die schilderijen en zag dat de kraag van dichtbij alleen maar bestond uit losse verfstreepjes, slordig door elkaar. Ik ging achteruit en de streepjes losten op in een illusie van een doorschijnende kanten kraag. Dichtbij, en weer veraf; ik wilde precies weten op welke afstand de losse streepjes een kraag werden. Het gaf een magisch gevoel, en dat iemand zoiets wist te maken vond ik wel echte kunst.

Nou vooruit, Rembrandt kon ook wel treffend echte mensen schilderen. Mensen van de straat met allerlei onvolkomenheden zoals bochels en pukkels en waterige oudemannetjesogen. Dat werd in die tijd nog niet zo veel gedaan. Onlangs was ik bij de tentoonstelling van Caravaggio in Utrecht. Deze Italiaanse schilder leefde van 1571 en 1610 – juist iets eerder dan Rembrandt. Ook hij schilderde al echte mensen en ook hij maakte prachtig gebruik van licht dat door een lamp wordt uitgestraald, door ramen binnenvalt of simpelweg van boven komt. De tentoonstelling liet goed zien hoe Utrechtse schilders werden beïnvloed door Carvaggio en zijn stijl overnamen. Over zijn betekenis voor Rembrandt lees ik vooral onzekerheid: ze hebben elkaar nooit ontmoet, misschien is Rembrandt indirect beïnvloed via de Utrechtse kunstenaars, wie weet?

In mijn jonge jaren heb ik gestudeerd in de Jodenbreestraat, tegenover de plek waar hij twintig jaar heeft gewoond en zijn Amsterdamse atelier hield. Er is nu een museum gevestigd, het Rembrandt huis. En zoals dat gaat met musea dichtbij: ik moet bekennen dat ik daar nog nooit ben geweest. Bij deze beloof ik plechtig aan de lezers dat ik dat nog dit jaar zal goedmaken. Want inmiddels weet ik dat ik wel degelijk iets heb met Rembrandt. Met zijn illusies, met zijn mensen en vooral met zijn licht.

Jouw eigen Rembrandt portret!

Speciaal vanwege de 350e sterfdag van Rembrandt heb ik een aanbieding: je kunt jouw portret met Rembrandt licht laten maken voor slechts €49. Als je wilt zelfs met zo’n mooie kraag!

Klik hier als je meer wilt weten over deze actie.

Spelen met foto´ s

Ooit was er een tijd dat ik vol trots van school kwam met mijn tekeningen. Het was een Jenaplan school met volop aandacht voor creativiteit. Drukwerkjes van llnoleumsnedes, zwarte wasco wegkrassen zodat de onderliggende oostindische inkt in prachtige kleuren tevoorschijn kwam, werkjes met gekleurd zand – ik heb er fijne herinneringen aan.

Dat fijne gevoel heb ik nog steeds als ik met foto’s bezig ben. Soms is het aardig om in Photoshop hier en daar wat te retoucheren of wat kleur of effect toe te voegen.  En aan sommige foto’s kan ik uren priegelen om te kijken welke bewerking het mooist wordt. En als ik tevreden ben, dan is het weer net alsof ik in de middag thuis kom met mijn tekening in de hand.

Deze keer wilde ik een rookeffect uitproberen. Je ziet het vaker; ik vind het een mooi effect en wilde eens kijken hoever ik zou komen. Linde was bereid te poseren. Voor de rook heb ik een avond pakken vol wierook opgebrand – de geur heeft bijna twee weken in huis gehangen.

Natuurlijk verwacht ik niet dat mensen naar een portretfotograaf komen om zo’n rookfoto te laten maken. Ik bedoel: het kan  en ik zal het met plezier doen, maar ik verwacht hiervoor weinig klandizie. Ik zie het als een soort Stier van Potter. Dit schilderij, dat hangt in het Mauritshuis, werd in 1647 geschilderd door Paulus Potter. Als je goed kijkt zie je dat er van alles aan mankeert. Het perspectief klopt niet, het dier zelf lijkt van losse onderdelen van verschillende dieren in elkaar te zijn gezet. Naarmate je langer kijkt, zie je steeds meer details die niet kloppen met het geheel. Toch maakt het schilderij indruk, en zie je in die details de vaardigheid van de schilder. Mogelijk is het schilderij juist met die bedoeling gemaakt: om indruk te maken en om te laten zien dat de schilder allerlei technieken beheerste. Technieken die hij ook voor een nieuwe opdracht kon inzetten.

Deze rookfoto zal minder geschiedenis maken dan de Stier. Maar het was enorm leuk om te maken en ja, net als vroeger was ik best trots toen ik het resultaat aan Linde liet zien.

Het Gouden Uur

Portret van meisje in gouden zonlicht met stralenkrans door de zonsondergang

In de natuurfotografie is het een begrip: Het Gouden Uur. Rond zonsopkomst en zonsondergang dompelt de zon de wereld in haar mooiste licht. Met het stralende en waanzinnig warme weer kon je het de afgelopen weken vaak meemaken.

He is een moment waarop je schitterende foto’s kunt maken. In de zomer vergt dat wel even doorbijten. De zon komt dan zó vroeg op en gaat zó laat onder dat het genieten een flinke aanslag kan zijn op je nachtrust. Als natuurfotograaf stond ik geregeld al rond vier uur naast mijn bed!

Jonge zwijntjes in het avondlicht

Wat dat betreft is de winter handiger. Maar ja, dan staan er weer geen gewassen te rijpen op de velden, vliegen er geen insecten rond en kun je niet lekker zonder jas rondlopen.

Raadsel: Wat zou het Blauwe Uurtje zijn?

Wil je ook bijzondere foto’s laten maken tijdens het Gouden Uur? Ik ga graag met je op pad. Ook als je dat graag een keer om vier uur´s ochtends wilt doen!

Zonsondergang met wolken en gouden zonlicht, mooi voor portretten

Neem eens een paard mee naar je fotoshoot

Ik wilde iets schrijven over rekwisieten; spulletjes om mee te nemen naar een fotoshoot. Tien tips voor leuke voorwerpen zoals hoedjes, bloemen of boeken die een foto nét dat beetje extra kunnen geven. ‘Probeer maar uit,’ spoor ik altijd aan. ‘Speel met iets dat bij jou past of wat jij wilt laten zien.’

En toen kwam Stephanie met haar paard.

Paarden, daar heb ik wel wat mee. Prachtige dieren waar een sfeer van vrijheid omheen hangt. Die sfeer is bij waarschijnlijk blijven hangen uit de verhalen van vroeger, over eenzame reizigers en avonturiers die met hun paard over de wereld zwierven. Helden die één waren met de natuur en met hun paard. Een klopje op de nek of een paar woorden gefluisterd in het oor waren voldoende voor het paard om te weten wat er moest gebeuren.

Dat de werkelijkheid weerbarstiger is, merkte ik tijdens een korte serie paardrijlessen. Ik woonde pal boven een manege, dus het moest gewoon. Bij de eerste les werd mij verteld dat er maar één de baas kon zijn: het paard of ik. Dat werd dus het paard. De laatste les eindigde met een chagrijnig bokken en een plotselinge draf naar een hindernis. Slippend kwamen we voor de hindernis tot stilstand – ik vrees dat ik erg hard aan de teugels heb getrokken. Voorlopig was dat even genoeg voor mij. Misschien komt er ooit nog een vervolg.

Hoe dan ook, dat paard was een uitstekend idee van Stephanie. Heel even mocht ik weer in de paardenwereld stappen, van geurend grasland en hooi en bescherming tegen dazen en gewoon lekker buiten, niemand om je heen. Een vakantie van anderhalf uur. Dus aarzel niet en neem gerust uw paard mee naar de fotoshoot. Hij of zij is meer dan welkom.

Zes tips voor perfect poseren

Mooi meisje model dat poseert voor fotoshoot tips voor poseren

Hoe kom je mooi op de foto? Opvallend veel mensen zijn daar onzeker over, of hebben een snel excuus: ‘Ik ben niet fotogeniek. Ik sta nooit goed op foto’s.’ Akkoord, we zijn niet allemaal George Clooney of Julia Roberts. Maar heus: iedereen kan geweldig op de foto komen.

De mooiste portretfoto van mijzelf kwam uit een automaat. Geen fotograaf, maar gewoon zo’n fotohokje waar je inkruipt en het gordijntje dichtschuift. Genomen vlak nadat ik was geslaagd voor mijn rijbewijs, en mijn vader mij direct meesleepte naar de provincie voor de officiële papieren. Op die foto straalde ik. Opluchting, blijdschap en het gevoel van bevrijding werden keurig door de automaat gevangen en vastgelegd. Het werd de allermooiste foto ooit, die bij de verlenging van mijn rijbewijs helaas verloren is gegaan.

Een rijbewijs haal je niet elke dag, maar gelukkig zijn er meer trucs die jouw foto geweldig kunnen maken. Tijdens het poseren help ik met aanwijzingen en kun je gerust ideeën uitproberen. Kun je niet wachten en wil je jouw perfecte pose alvast oefenen?  Dan heb ik hieronder zes tips voor je.

  1. Het allerbelangrijkste: heb plezier. Ontspan. Blijf ademen. Er zijn geen vaste regels en op elke vaste regel zijn uitzonderingen. Wat je ook doet: het is goed. Voor een creatief portret gaat dat wel heel ver: achterhoofden, onscherpte, portretten zonder gezicht; alles is toegestaan. Maar ook voor je zakelijke portret of dat mooie cadeauportret is speelsheid en losheid een pré.

2. Draai je lichaam weg van de camera, meestal naar het licht. Of je nu staat of zit: een kwart slag draaien is perfect. Dat oogt soepeler dan een frontaal lichaam, dat als een blok recht voor de camera staat. Tenzij je graag als een blok overkomt, zoals een worstelaar. Sta losjes en natuurlijk. Soms helpt het om op je achterste been te steunen, het voorste licht gebogen of gekruist. Maar blijf in balans en laat je lichaam niet achterover leunen – leun liever iets naar voren! En oh ja, houd je rug recht.

3. Draai vanuit die halfgedraaide positie je gezicht naar de camera. Speel met de houding van je gezicht: kijk gerust licht omhoog of schuin opzij, maar overdrijf niet. Onderkinnen verdwijnen als je je hoofd iets naar voren brengt: ‘met je oren naar voren’ wordt je nek langer. Klinkt gek, voelt gek, maar werkt wel.

4. Lang haar kan het best achter één schouder, opgestoken of in een staart, wat de kinlijn zichtbaar maakt. Tenzij je juist het haar wilt accentueren, zoals bij een mysterieuze verscholen blik.

5. Wat doe je met je handen? Van alles, maar niet strak langs je lichaam. Houd minstens één arm gebogen. Losjes op je heup, met een duim in je riem (met de vingers zichtbaar!), breng een hand naar je kin of haal er een door je haar. Alles natuurlijk weer afhankelijk van de uitstraling die je wilt.

6. Glimlach… of juist niet! Glimlachen is lang niet altijd nodig. Vrolijk kijken, mysterieus staren, intens loeren: het kan allemaal. Toch staan de meeste mensen het liefst met een glimlach op de foto. Ik probeer zelf altijd te denken aan een fijne gebeurtenis, hoe dat voelde. Flirt met de camera. En bedenk: lachen doe je vooral met je ogen! Een trucje is om je tong tegen je bovenste gehemelte te houden en licht tussen je tanden te sissen. Laat vooral die tanden zien – dan wordt de lach stralend. Oefen gerust voor de spiegel, maar maak het alsjeblieft niet al te serieus. Als je merkt dat je gezicht te strak wordt, trek dan even wat gekke gezichten, grimassen of schud alles even los. Dat kan ook tijdens de fotoshoot: even bijkomen, even een praatje tussendoor.

Op de foto hierboven zie je dat we sommige tips wel hebben toegepast, maar andere niet. Ik zei al: tip 1 is de belangrijkste. Heb plezier. Het mooiste van deze foto is dan ook het spontane en ontspannen moment. De rest is bijzaak.