46. Rust

Chateau Valogne was een verademing. In meerdere opzichten een tussenstop op deze zwerftocht. Ik genoot van de heuvels van de Morvant en de vele planten en dieren die er waren te zien. IJsvogels scheerden over de rivier, grauwe klauwieren postten op de telefoondraden, zwarte roodstaarten hadden hun nest boven één van de houten karren, knautia’s bloeiden, kleine parelmoervlinders fladderden rond en waterjuffers – ik denk azuurjuffers, maar kon de fel oranje stigmata niet plaatsen – waren volop bezig met hun paringsrituelen. En de rode rozen… met de kennis van nu beschouw ik die als een aankondiging van wat later zou komen.

Het kasteel deed iets met mij. En het gooide er nog wat bovenop dankzij het boek dat mijn dochter mij cadeau had gedaan: The 7 1/2 deaths of Evelyn Hardcastle van Stuart Turton. Een bijzonder verhaal, waarbij de hoofdpersoon in een (Engels) landhuis met allerlei kamers en gasten een moord moet oplossen. En daarbij op een of andere manier dezelfde dag beleeft in verschillende lichamen, met de bijbehorende verschillende karaktereigenschappen. Ondertussen zat ik in een groep mensen met allemaal hun eigen karakter en geschiedenis, die naar dit kasteel in Sommant waren gekomen voor meditatie en begeleiding op hun spirituele pad door Jan Geurtz – met als uitgangspunt dat het ego, en dus je karakter, ook maar een verzinsel is. In dit kasteel met al zijn gangen en kamers en mensen, was er bij het wegleggen van het boek altijd even wat verwarring als mijn geest het verhaal uit het boek verving door het verhaal van de werkelijkheid. Oh ja, er was een boek met een Engels kasteel vol mensen en een hoofpersoon die iets moest oplossen, en er was een verblijf in een Frans chateau ook vol mensen en een hoofdpersoon die iets wilde vinden.

En wat dan met die geest uit het verleden? Tijdens al dat speurwerk zag ik opeens parallellen tussen de middelbare schooltijd en de groepsprocessen die zich daar afspeelden, en de groepsprocessen hier. De gevoelens van nu leken sprekend op die van vroeger. En dus liet ik me maar meestromen met wat zich aandiende.

Wat ik zeg: het was een verademing.