“Er gebeuren geen goede of slechte dingen. Elke dag dienen zich dingen aan; goed of slecht is slechts een interpretatie. De hele wereld is interpretatie. Van jou en van mij. Jij bent de enige die een interpretatie kan geven aan jouw wereld. Als je kunt leven in vertrouwen met wat er is en heel je wil uitgumt, dan kun je in de wereld planten wat je wilt. Dan ben je één met de wereld, met het universum en met de kracht die daar achter zit”
Mijn jeugd was zwaar. Veel gedoe; ik voelde me niet gezien en heb daar veel moeite mee gehad. Het veranderde op een Kerstmis. “Deze Kerst ben ik alleen,” dacht ik. Dat gaf een enorm verdriet, en toen ben ik aan de slag gegaan om de dingen beter te maken. Er kwam hulp van veel lieve mensen. Nog steeds heb ik fijne mensen om me heen. Vrienden bij wie ik op bezoek ga en waarmee ik leuke dingen doe. Een dagje naar het strand, kopje koffie drinken en zo. Het leven is goed nu. Mijn dochter gaat uit huis, en ik verhuis naar haar kamer. Dus ben ik nu druk aan het opruimen, spullen wegdoen. Laatst kwam ik nog twee broeken tegen, dat was een leuke verrassing!
“Mijn ouders hebben veel meegemaakt. Armoede en onderdrukking in een dictatuur. Alleen de rijken konden studeren na de basisschool. Mijn vader ging tot zijn veertiende naar het seminarie, maar besefte dat hij nooit priester zou worden en ging werken en daarnaast verder studeren. Hij werd ingenieur, mijn moeder werkte als ambtenaar in een mooie functie bij de gemeente. Zij besteedden al hun energie aan hun onderwijs en later aan het gezin.
Zelf heb ik ook veel meegemaakt. In februari 2005 werd bij mij de diagnose MS gesteld. Twee heftige relapses dat jaar, maar ik heb niet opgegeven. Ik besliste om geen disease modifying therapie te starten, maar wel vitamine D en antioxidanten te gebruiken, hoewel de neuroloog daar sceptisch over was. Ik zie MS als een ‘vriendin’, altijd bij me zoals mijn hoop en mijn geloof. De MRI dit jaar toonde dat de ziekte stilstaat. Er zijn delen van mijn hersenen zonder zenuwcellen – zogenaamde zwarte gaten. Daarom ben ik veel moe, heb ik soms moeite met praten en kost het tijd om prikkels van buitenaf te verwerken. Maar ik blijf doorzetten en genieten van leven! Medelijden hoef ik niet, wel begrip.
Door al het leed in mijn omgeving ben ik sensitief geworden voor het leed van anderen. Zo kreeg ik opeens een sterke aandrang om mijn oom te spreken, een heel lieve man. Dat lukte niet, en twee weken later kreeg ik bericht dat hij was overleden.
Ik voel veel vijandigheid bij de mensen in Nederland, en dat begrijp ik niet. De jeugd is ontevreden en gaat dingen slopen. Waaróm? Waarom gebruik je die energie niet om iets positiefs en constructiefs te doen? Dan moet ik altijd denken aan mijn ouders, die zo hard hebben gewerkt om zoveel moois te maken.”
“Hoe gaat het?” vroeg een vriendin. “Goed,” zei ik, en was vervolgens vier uur lang aan het vertellen. Over de reis. Vertellen over reizen is leuk.
Vanochtend kwam de zon op door de bomen. Oranje hemel, mistige achtergrond. Ik zag de wirwar van takken en dacht: Dat lijken mijn verhalen wel! Jazeker, er zit structuur in. Maar de verhaallijntjes krioelen door elkaar. Lijntjes komen samen, en vormen een boom. Samen vormen de bomen een bos. Als je er licht op laat schijnen, zie je hoe complex alles in elkaar zit. En hoe mooi.
Bomen die het zicht belemmeren. Of toch niet? Opeens een verrassend doorkijkje.
Laat het licht schijnen. Fiets naar het onbekende. In het vertrouwen dat het fietspad wel zal doorgaan, en dat de mist niet opeens het einde van de wereld blijkt te zijn.
“Ik vind hem eng,” zei ze. “En zeker niet geschikt Valentijn. Ik zie het al voor me: Laat uw hart uitrukken door de Portrettenmaker!”
Ik schoot in de lach. Natuurlijk had ze gelijk. Het was een te haastige poging geweest om nog even snel iets in elkaar te flansen. Toch raakte het me, want hoe slecht het resultaat ook is, ik houd niet van afwijzingen.
“Omarm je pijn,” zegt mijn spirituele leraar altijd. “Pijn is een kans om spiritueel te groeien.”
Ja ja, ik weet het. Geniet van je ellende. Houd van je verdriet. Prijs jezelf gelukkig als je relatie in de soep loopt. En knuffel je tekortkomingen en je fouten, want ze horen bij jou en ze mogen er zijn.
Nou vooruit, knarsetandend. Ik weet dat hij gelijk heeft. Want niets doet meer pijn, dan het niet willen ervaren van pijn. Voilà één van mijn mooiste mislukkingen. Kom maar op met uw kritiek. Ik smoor het in liefde
“Ik neem wel eens foto’s van oudere mensen die hand in hand lopen. Het is zo mooi. Kwetsbaar en sterk tegelijk. De essentie van liefde is dat je je kwetsbaar durft op te stellen en dat je weet dat die ander er zorgvuldig mee zal omgaan. Er lopen veel stellen samen op straat, maar pas als ze hand in hand lopen, zie je dat het goed zit, dat ze zich open stellen voor elkaar. People are meant to be together.
Als kind droomde ik van later. Ik groeide op in een cultuur waarin films en verhalen voortdurend het romantische ideaal vertellen. Je wordt verliefd, je gaat trouwen, je krijg kinderen en je wordt samen oud. Ons huis was groot, met een enorme bovenverdieping. Ik zie me nog als klein meisje boven door de gang lopen. Dan gleed ik met mijn vinger langs de muur en fluisterde: “I want to be loved.” En dat is nog steeds zo. Emotioneel, spiritueel en fysiek.
Mijn ouders zijn gescheiden. Beiden zijn nu alleen, en dat voelt niet goed. Ik weet niet wat mijn eigen toekomst gaat brengen. Er is geen plan, ik beweeg met wat zich aandient. Maar samen oud worden, dat wil ik.”
Zonlicht prikt in mijn ogen. Ik doezel, heb nog geen zin om alweer te ontwaken. Ochtendnevel hangt boven de velden als een deken die de mensenwereld verborgen houdt. Vooruit, er wachten ontdekkingen!
Twijfel kruipt als kleine spinnetjes omhoog. Is die zwerftocht nou wel helemaal zo’n goed idee? In een fractie van een seconde heeft mijn brein alle redenen klaar waarom het beslist géén goed idee is. Het is een vlucht. Het is obsessief gedrag. Het is gevaarlijk. Het is een fantasie. Het is nutteloze tijdverspilling. Het is pathetisch. Het is absurd. Het is onzin. Het is… het is… het is…
Ik ben het eens met mijn brein. Maar zodra ik de twee bomen zie, weet mijn hart dat ik goed zit. Ze raken me, die dennen. Diep.
Mooie plek voor een kleine rustpauze. Tijd om mijn vermoeide hoofd te rusten te leggen. Deze eerste dagen hebben me uitgeput.
Lichtelijk verbijsterd staarde de docent naar mijn foto. Het was de laatste sessie, en iedereen had zijn Meesterwerk meegenomen: een kopie van – of een foto in de geest van – een andere vakfotograaf.
‘Maar…’ aarzelde hij, onzeker wat hij ermee moest. ‘Deze is onscherp!’
Ik schoot in de lach. ‘Dat is de bedoeling. Hij was eerst haarscherp, en ik heb flink wat moeite moeten doen om hem in de nabewerking zo vaag te krijgen. Kijk maar.’ Ik toonde het andere werk aan de groep. Een volledig vaag portret van een onbekende fotografe, niet meer dan wat lichte vlekken tegen een zwarte achtergrond. Mijn foto was een vrijwel identieke kopie, maar mooier en in kleur.